Doel: signaleren van laaggeletterdheid bij ouders, inzicht krijgen in schaamte/taboes, en oefenen met gespreksvoering.

Leerdoelen:
• Herkennen van signalen van laaggeletterdheid.
• Inzicht in oorzaken en gevolgen voor ouders en kinderen.
• Vaardigheid in voorzichtig en respectvol gesprek met ouders.

Inhoud & werkvormen:

1. Introductie & feiten: impact van laaggeletterdheid op ouder en kind.
2. Signaleren: presentatie + herkenbare gedragingen (bijv. kind als tolk, formulieren niet invullen).
3. Casusbespreking: eigen ervaringen inbrengen en bespreken.
4. Oefenen van oudergesprek met feedback.

Output:
• Signaleringstool (piramide) voor praktijkgebruik.
• Tips voor eerste gesprek met ouders.

Ongeveer één op de vijf volwassenen in Nederland heeft moeite met lezen, schrijven, rekenen of digitale vaardigheden. Dit treft zowel anderstaligen als Nederlanders. Voor kinderen betekent dit vaak een ongelijke start: ouders kunnen hun kind minder goed ondersteunen bij schooltaken, communicatie met school of het lezen van belangrijke informatie.

Hierdoor ontstaat een vicieuze cirkel: taalachterstand bij ouders kan leiden tot taalachterstand bij kinderen, die zich van generatie op generatie kan voortzetten. Jeugdprofessionals spelen een sleutelrol: zij signaleren problemen vroegtijdig en kunnen het verschil maken door gericht te communiceren en ouders naar passende ondersteuning te verwijzen.

De intervisiebijeenkomsten bieden ruimte voor uitwisseling en reflectie, en zorgen ervoor dat deelnemers direct toepasbare inzichten en handvatten meekrijgen.